Brandinstructies
Lees voor gebruik eerst de instructies.
Controleer de kaarshouder op beschadigingen voor gebruik.
Zet de kaars op een vlakke, stabiele ondergrond.
Houd de kaars op afstand van brandbare objecten, schappen of het plafond
Laat een brandende kaars nooit onbeheerd achter.
Houd kaarsen buiten bereik van kinderen en huisdieren.
Knip de lont tot 1 cm voor elk gebruik.
Houd het oppervlak van de gesmolten was vrij van lucifers en ander afval.
Brand de kaars niet langer dan 3 uur achter elkaar.
Zet kaarsen niet in direct zonlicht of bij andere hittebronnen.
Plaats brandende kaarsen niet op de tocht. Een kaars die op de tocht staat druipt en walmt altijd.
Verplaats brandende kaarsen niet, dit kan gevaarlijk zijn.
Zorg voor minimaal 10 cm afstand tussen brandende kaarsen.
Doof kaarsen met behulp van een kaarsendover. Blaas hem niet uit.
Gebruik nooit vloeistof om de vlam te doven.
Vermijd het aanraken van de kaarsenhouder tijdens en kort na het branden.
Zorg ervoor dat de ruimte na gebruik goed geventileerd wordt.
Laat altijd 1-2 cm van de kaars over om oververhitting van de houder te voorkomen.
Vermijd het direct inademen van rook.
Gebruik een hittebestendige, passende en stabiele kaarshouder.
Snijd overtollige randjes van meer dan 1 cm van de dompelkaars weg.
Verwijder enige verpakking als deze om de kaars zelf zit.
Ontvang 10% korting
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang 10% korting op je eerste bestelling!